Een sluispassage zorgt bij menig schipper en bemanning vaak voor wat spanning. Terwijl als je weet wat je moet doen, daar geen reden voor is. Met 10 praktische tips helpen we je zonder stress door de sluis. Bekijk ook de Vaarplezier video over sluisvaren. (https://youtu.be/VZ2Z-Bu6wSc)
1) Als je bij een sluis aankomt, blijf dan niet voor de ingang ronddrijven tot je binnen mag varen, maar meer af bij de wachtsteiger.
2) Als je een marifoon hebt dan kun je je melden bij de sluismeester en tegelijkertijd uitluisteren zodat je precies weet wat er speelt. Heb je geen marifoon dan kun je gebruik maken van de meldknop op de steiger.
3) Ga je afmeren bij de meldsteiger, vaar dan zoveel mogelijk naar voren zodat andere boten ook een plekje hebben. Is het druk, ga dan langszij bij een al afgemeerde boot. Het is netjes om de schipper wel even te vragen of hij daar geen bezwaar tegen heeft. Meer af naast een gelijkwaardige boot. Dus niet met een groot, zwaar stalen motorschip tegen een klein houten zeilbootje.
4) Zorg dat je aan beide zijden van je boot voldoende stootwillen/fenders hebt.
5) Wacht eenmaal afgemeerd rustig de instructies van de sluismeester af en let op de lichten op de sluis. Wanneer de lichten groen en rood branden dan is dit het teken dat de sluis spoedig opengaat. Zorg dat je dan startklaar bent om de sluis in te varen.
6) Geef de scheepvaart die de kolk uitvaart de ruimte, zij hebben voorrang. Pas als de sluis helemaal leeg is mag je er in. Volg wel de instructies van de sluiswater/stewards.
7) Bij sluizen waar de beroeps- en recreatievaart samenkomen, vaart beroepsvaart als eerste de sluis in, tenzij de sluismeester anders aangeeft. Dit gebeurt omwille van veiligheid en vlotte doorstroming. Voor recreatievaart geldt dat je moet wachten met invaren totdat de beroepsvaart de trossen vast en schroeven uit heeft.
8) Vaar rustig de sluis binnen. Zo ver mogelijk naar de voorzijde en sluit goed aan. Blijf wel op voldoende afstand van beroepsvaart, de sluisdeur en de waterinlaat.
9) Communiceer als schipper duidelijk met je bemanning, waar je gaat liggen en wanneer zij kunnen ‘vastleggen’. Laat de crew bevestigen als dit is gebeurd. Let erop dat de landvasten tijdens het schutten niet klem komen te zitten, door de lijn in de hand te houden en te vieren of aan te trekken waar nodig.
10) Tijdens het uitvaren let op de instructies van de sluismeester of de stewards. Vaar rustig de sluis uit zonder golfslag te veroorzaken. Op vrij water landvasten en fenders opruimen, zodat alles weer gebruiksklaar ligt.
Tip: draag werkhandschoenen in de sluis. Dat is veilig en voorkomt zwarte handen. Ligt de boot veilig tegen de sluiskade, zet dan de motor uit. En zorg altijd voor een scherp mes binnen handbereik, voor het geval een landvast vast komt te zitten. Dan kun je die snel doorsnijden.
Fotografie Watersport-TV