Met Watersport-TV volgen we Ronald Brunt en Liesbeth Mook die met hun zeilboot ia orana een Rondje Atlantic aan het doen zijn. Over hun avonturen maken ze vlogs en blogs die op ons online watersportkanaal worden uitgezonden en gepubliceerd.
Rodeo
We hebben vele avonturen beleefd in Suriname. Een ervan is inmiddels bij vele bekend: de aanvaring met de hoogspanningskabels. Gelukkig konden we na dit, wat ongelukkig avontuur, uitzien naar de komst van Fleur, de dochter van Liesbeth. Bij het grootste vliegveld van het land Zanderij via een onverharde weg te bereiken wachtten we haar op. Eén voor één met een tussenpoos van drie minuten kwamen de passagiers uit de Boeing 747. Het wachten was voor Liesbeth een tantaluskwelling maar het weerzien des te fijner. We hadden besloten haar mee te nemen de jungle in. Na ampel beraad met onze vrienden trokken we er met zijn zessen op uit naar Apiapaati. Een prachtige tocht over de Bovensurinamerivier bracht ons op een eiland in de rivier. Deze werd door één familie bewoond en door onze aanwezigheid uitgebreid met de gids “Mooiboy” en de kok “Geoffry”. We zouden daar in totaal drie dagen verblijven. De tweede dag gingen we “watersporten”, zoals Mooiboy dat noemde. Dat hield in dat we aan het eind van een wilde stroomversnelling erin mochten springen en nog even mee konden drijven in het wat rustiger water. Heel leuk. Toen we allemaal vol overgave ons in de rivier stortten, achtten Mooiboy ons wel in staat met een donut, soort grote autoband, de gehele waterval af te varen. Mooiboy ging als eerste met Fleur naar boven en wij keken aandachtig hoe zij zich in het geweld van de stroomversnelling stortten. Reeds bij de eerste rots ging het mis. De donut sloeg om, Fleur werd afgezet op de bovenste rots waar het geweld echt losbarstte. Aan beide zijden van de rots 1 been en haar handen in het midden op de rots leek zij deel te nemen aan een rodeo zonder teugels. De vertwijfeling op haar gezicht was van verre af te lezen. “Wat moet ik doen?” riep ze en keek angstig in het kolkende witte water voor haar uit. De woestheid van de rivier was slechts een flauwe afspiegeling van de emoties die zich meester maakte van Liesbeth. “Doe iets” riep ze naar Mooiboy en Geoffrey, met een stem die het lawaai van de waterval ruimschoots overtrof. Nu is “iets doen” niet het sterkste punt van de creoolse cultuur, dus gingen ze geheel volgens de creoolse traditie luidruchtig overleggen. Het viel mij op dat er verder niemand onder aan de waterval stond om de spreekwoordelijk stoffelijke resten op te ruimen mocht de reddingspoging mislukken. Ik besloot de organisatie dan maar een handje te helpen en klom naar beneden. Uiteindelijk ging Geoffry na het debacle van Mooiboy met de donut te water richting Fleur. Zij was inmiddels aan het einde van haar krachten en dacht eraan zich over te geven aan de genade van de natuur. Juist op dat moment arriveerde Geoffry en Fleur ondernam een poging op de donut te klimmen. Dit mislukte geheel maar ze hield wel vast aan de rand van de donut. Enkele voor Liesbeth ondraaglijke seconden later was Fleur ongedeerd geland aan de waterkant. Toen ik na dit hachelijke avontuur met Mooiboy sprak zei hij: “Och dit gebeurt wel vaker”. Waar had ik dat ook alweer eerder gehoord?’’