AMSTERDAM- Tijdens de Tweede Wereldoorlog schreef het Koninklijk Nederlands Watersport Verbond een prijsvraag uit voor het ontwerpen van een eenheidsklasse. Uit 55 ontwerpen werd de ’Zomerweelde’ van S.M. van der Meer tot winnend ontwerp gekozen. De technische commissie van het Verbond vond dat het ontwerp niet als eenheidsklasse voldeed en uiteindelijk was het Willem de Vries Lentsch die het definitieve ontwerp tekende van de Vrijheid. Dit zeiljaar wordt het 75-jarig bestaan van de Vrijheidsklasse gevierd.
Sinds het bestaan zijn er ruim 1500 boten officieel geregistreerd en zo’n 2000 gebouwd. Begin jaren zestig behoorde de Vrijheid tot de grootste wedstrijdklasse in ons land. Voor sommige zeilers is het een boot voor het leven. Zij zijn er als kind ingestapt en zeilen nog steeds met veel plezier. In onderstaande column beschrijft Ron Haanschoten hoe zijn weg naar de Vrijheid verliep. Het 75-jarig bestaan zou op zaterdag 9 mei worden gevierd op het Nieuwe Meer in Amsterdam, maar is vanwege het coronavirus afgeblazen.
Ik was een jaar of 11 toen mijn vader een bootje kocht. Ik heb van hem zeilen geleerd. Zeilscholen bestonden toen (1951) nauwelijks. Met het boek ’Zeilen’ van Ruiterschild op schoot, leerde hij mij letterlijk de les. Ik werd lid van de w.s.v. “De Breek” in Landsmeer en zeilde er clubwedstrijden als bemanning in BM’s.
Het aantal Vrijheids was daar beperkt tot één boot. Ik heb wel eens een hele middag vol bewondering bij het schilderen van die boot staan kijken.
Toen mijn zoon 16 jaar werd, mocht hij een bedrag besteden aan wat hij leuk vond. We verwachtten dat het een brommer zou worden. Maar nee, het werd de boot van de buurman, de Vrijheid V680 genaamd ’Flying Pamper.’
Dan breekt er een periode aan van uitproberen met varen op de Loosdrechtse plassen. Als we een keer aan land gaan bij de G.W.V. De Vrijbuiter, is daar Ferry Batenburg. Hij vertelt over wedstrijdzeilen in de Vrijheid. We gaan mee doen. Maar steeds weer als laatste aankomen was op de lange duur niet meer leuk. Aanschaf van een beter tweede hands setje zeilen en een stijvere mast maakten dat we nu in de middenmoot finishten.
Er doet zich een kans voor. De V739, genaamd “Cirrus,” is te koop. We denken hé, die boot is een aantal keren Nederlands Kampioen geweest. Kopen! Als het dan niet lukt om beter te varen zit het in ons en niet in de boot!
Met de Vrijheid 739 varen we direct beter, maar de boot lekte nogal. In 2006-2007 besluiten we tot een grondige renovatie over te gaan. In een gezamenlijk project, met Vrijheid bouwer Gert Lamme wordt de boot kaal gehaald en in de epoxy (conserverende kunststof) gezet. Het effect is positief. De boot lekt niet meer, wordt stijver en daardoor sneller. Tijdens het eerstvolgende NK werden we derde.
Nu kijken we terug in het rijke verleden van de 75-jarige Vrijheidsklasse. Terwijl de derde generatie zich bij ons aandient met de kleinzonen.
Bij het zoeken naar oude films voor dit 75- jarig jubileum, ontdekken we Polygoon bioscoop journaals, waarin zelfs de namen van de topzeilers van toen genoemd worden. Leuk!
Hoewel in alle klassen de wedstrijd deelname terug loopt, constateren we dat de, in 1945 door Willem De Vries Lentsch ontworpen Vrijheid, nog steeds actieve wedstrijddeelnemers heeft, o.a. te vinden in Amsterdam bij de W.S.V. De Schinkel.