SNEEK- De 87ste Sneekweek is begonnen. Ruim 1000 zeilers in 30 verschillende klassen strijden dit jaar weer om de felbegeerde hoofdprijzen. De eerste zeildag begon met twee uur uitstel, omdat de verwachting was dat de wind zou gaan draaien.
Direct naar video
Op het starteiland werd het uitstel goed benut met nog wat klussen aan boten, rustig ontbijten en optuigen. Om 09:00 ging de eerste toeter. Uitstel voor onbepaalde tijd. Volgens wedstrijdleider Johan Schurer was dit de beste keuze. “Ik heb altijd contact met weerman, Jan Jonkman, om het voorspelde weer van de volgende dag te bespreken. Hij verwachtte een flinke draai in de wind. Het was zuidelijke wind en het zou westelijke wind worden. Dan ga je kijken naar klassen en de banenkaart en daarom besloot ik om te wachten met starten.’’ De vloot lag dan dicht bij het kanaal en dit is gevaarlijk. Daarnaast is er weinig uitdaging voor de zeilers. “Wij noemen dat een bezeilde baan. Dan zijn er weinig kruisrakken en dit vinden zeilers niet leuk.’’
Uiteindelijk konden de Olympiajollen van start gaan. Schurer kijkt tevreden terug op deze dag. “Gelukkig kwam de voorspelling van de draaiende wind uit en hadden de zeilers mooie aan-de-windse rakken.’’
Plezier in de trapeze
Vrijheidzeilers Rob de Jong en Rick de Graaf waren blij met het uitstel. “De vloot kon nu mooie slagen maken en dat maakt de wedstrijd ook een stuk leuker,’’ aldus stuurman, Rob de Jong. Het duo uit Heemskerk is aan hun derde Sneekweek begonnen. Ze waren dan wel laatste, maar het veld lag volgens hen dicht bij elkaar. Ze genieten met volle teugen. Met name bemanningslid Rick de Graaf. “Rob heeft mij drie jaar geleden leren bemannen en ik vind het geweldig om in de trapeze te staan. Daarom hoop ik altijd dat er een behoorlijke wind is zodat ik buiten de boot kan hangen.’’
De voorspellingen van Schurer voor zondag, zien er minder rooskleurig uit. ”Ik ben bang dat de wind morgen wisselvalliger is dan vandaag. We moeten ons iets meer zorgen maken, maar ik laat mij verassen. En zoals Piet Paulusma altijd zei: ‘Wy moatte moarn mar wer ris yn it waar sjen.’
Fotografie Eize Hoekstra en Jelle van der Meer