Evert Stel is schipper van de Meander V. Met deze voormalige loodstender heeft hij jarenlang met zijn partner Inge voor de Stichting Vaarwens dagtochten gevaren met mensen in de laatste levensfase. Inmiddels heeft de Stichting een eigen schip en wordt de Meander V ingezet op drukke dagen. Van alle dagtochten maakt Evert aangrijpende, veelal emotionele verslagen. Daarnaast is hij auteur en heeft diverse boeken geschreven en is hij columnist bij Watersport-TV. Lees hieronder zijn laatste column.
Twintig jaar…
Het lijkt wel een magisch getal. Zou dat ook een vooraf bepaalde levensduur van alles wat de mens produceert zijn? Het lijkt er op dat alles wat niet van roestvrij staal gemaakt is in verval raakt.
De Meander V kwam in het voorjaar van 2003 gereed en werd gretig door ons in gebruik genomen, want een strenge winter op een oud campertje was geen sinecure. Vanaf dat moment werd alles aan boord intensief gebruikt met de verwachting dat we er heeeeel lang mee zouden kunnen doen. De tijd vliegt echter en na twintig jaar komen de eerste verschijnselen van slijtage aan het licht. Vorige keer beschreef ik het debacle al over de poreus geworden slangetjes van de ruitensproeiers met alle gevolgen van dien en het hield niet op…
Off grid
Natuurlijk heb je de normale gebruiksslijtage van alle techniek aan boord. Anders dan in een huis, waar het water, de stroom en wat iets meer zij gewoon ‘uit de meterkast’ komen, moeten hiervoor op een schip allerlei voorzieningen worden aangelegd om ‘off grid’ te kunnen functioneren. Alleen het drinkwater al… Er moet opslag zijn, een pomp om het op druk te brengen, een opslag om het gebruikte water weer op te vangen en weer een pomp om het te kunnen lozen.
Onlangs stond ik verkleumd - na een koude wandeling met onze trouwe viervoeter - onder de douche, toen ik - net ingezeept - merkte dat de heerlijk warme waterstroom er mee ophield. De Hydrofoorpomp stopte er dus mee, zul je zien… net op het verkeerde moment!
Mopperend veegde ik de plakkende zeepresten van mijn koude lichaam en schoot in mijn ochtendjas om in het achteronder op onderzoek uit te gaan. Het motortje liep wel, maar pompte niets meer op. Gelukkig heb ik overal reserveonderdelen van op voorraad, dus begon ik zwaar geïrriteerd verwoed de pompen te wisselen. “Shit… wat heb ik dat ding slecht bereikbaar gemaakt!” mopperde ik als ik me tussen het plafond en de grote watertank wurmde waartussen de hydrofoor staat.
Improviseren
“Arrrghhh… ze hebben een andere aansluiting op de nieuwe pomp gemaakt”! foeterde ik, dus moest ik improviseren. De doos met slangentules en verloopnippels erbij, afdichtingstape en gereedschap gepakt en aan de slag. Omdat ik het niet met zen deed, haalde ik mijn handen open aan een slangenklem, stootte ik mijn schenen open aan een vloerspant en kreeg een kras op mijn hoofd omdat ik te gehaast mijn lichaam in onnatuurlijke posities frommelde. Daarbij liep er water uit de leidingen, was alles nat en koud en de mouwen van de ochtendjas waren na 5 minuten doordrenkt, waarbij het water langs mijn elle bogen over mijn verkleumde lichaam sijpelde. Tsja… ik wilde op een boot wonen!
Nadat de pomp vervangen was, stapte ik weer onder de warme douche en deed er een keer zo lang over als normaal om weer op te warmen. De opgelopen verwondingen staken daarbij gemeen als het warme water er overheen stroomde. Toen Inge thuiskwam en de badkamer binnenstapte, zag ze mijn gehavende lichaam en vroeg bezorgd; “Wát heb jij gedaan? Het lijkt wel of je met een beer gevochten hebt…”
Ach… het voorval was snel weer vergeten en ik hoop weer 20 jaar vooruit te kunnen voordat ik weer een ‘koude douche’ krijg. Je zou zeggen… “als dat alles is?” maar het hield daarna niet op. De boilerelementen brandden onlangs door en moesten vervangen, de oude omvormer hield er na 20 jaar mee op en kon bij het afval, ik kreeg het machinekamerluik op mijn hoofd want de gasveer raakte lek en ik kan denk ik nog wel even door gaan, want het jaar is nog niet om… Ineens beginnen nu na exact 20 jaren alle dekluiken tegelijk te lekken en het glas moet opnieuw gekit worden, een vervelende klus!
Echter, als ’s morgens de ochtendzon op ons achterdek schijnt en we kijken langzaam ontwakend met een kopje koffie over het weidse water, voelen we ons schatrijk en dan zijn alle technische strubbelingen het helemaal waard om aan boord te wonen, want de vrijheid en weidsheid die we op het water mogen ervaren, is waar we het voor doen. Straks weer richting Waddeneilanden… wie kan dat nou met zijn hele huis?
Evert.